Robin Sprokkereef
Robin speelt alles wat los en vast zit zo lang hij zich kan herinneren. Heeft een passie voor PC's, motors en reizen
Na een hoop veranderingen van zowel de uitgever (was THQ, werd Crytek, is nu Deep Silver) als de ontwikkelaar (was Free Radical, werd Crytek UK en is nu Dambuster Studios) is er eindelijk een datum bekend voor Homefront: The Revolution. Je zou verwachten dat het een vervolg is op het originele Homefront uit 2011, maar we moeten het meer zien als een reboot van de franchise volgens de ontwikkelaars, ondanks dat het verhaal zich wel twee jaar na het origineel afspeelt. Volg je het nog? 20 mei is de dag dat we weer ten strijde mogen trekken tegen de “Greater Korean Republic” , maar ik mocht al aan de slag in de gesloten beta.
Laat ik allereerst zeggen dat Dambuster Studios een flinke gok durft te nemen. De game is namelijk hoofdzakelijk ontworpen als single-player-FPS. Het draait echt om het verhaal en de beleving. Uiteraard zit er wel multiplayer in, tegenwoordig kun je bijna niet anders meer, maar het bestaat enkel uit co-op. Verwacht dus geen lone wolf te kunnen spelen in deathmatch.
Je zult vanaf het begin de beschikking krijgen over twaalf co-op missies waarin je vier versus vier diverse missies kunt spelen. Deze variëren van het vijandelijke team uitschakelen, het planten/deactiveren van een bom of het veroveren van delen van de map of voertuigen. Er zit dus op zich wel voldoende variatie in, en Dambuster Studios heeft al aangegeven dat ze het aantal missies wil verdubbelen een jaar na de release door steeds missies toe te voegen. En hier komt het mooiste, de maps zullen allen gratis beschikbaar komen. Jawel, de good-guys bestaan nog.
Maar het belangrijkste is natuurlijk hoe het allemaal werkt. Ik heb er nu een paar uur opzitten in de bèta en de game zit op zich goed in elkaar. De levels zijn grafisch mooi gemaakt en ruim genoeg opgezet zodat je diverse wegen kunt bewandelen, maar niet zo groot dat je verloren loopt. Waar de eerste Homefront voor mijn gevoel wat meer arcade aanvoelde en het run and gun principe gold, geldt bij Homefront: The Revolution, zeker voor de co-op, dat je met meer tact te werk moet gaan. Het gaat zelfs meer richting een serieuze teamshooter zoals Rainbow Six Siege.
Je kunt namelijk een eigen kit in elkaar knutselen om mee op pad te gaan en je moet zorgen dat je team deze kits wel voldoende laat verschillen. Ja, je kunt af en toe best wel even proberen om weg te sluipen en het vijandelijke team te flanken, maar als eenling leg je al snel het loodje. En jawel, er zijn respawns, maar met beperkingen. Je teammaten kunnen je weer tot leven wekken of je respawnt automatisch als je teammaten het eerstvolgende objective van de missie hebben bereikt. Uiteindelijk kwam ik er gewoon snel achter dat het beter was om als team wat meer bij elkaar te blijven en rugdekking te voorzien.
Hoewel de game grafisch goed in elkaar steekt, moet ik wel zeggen dat de game nog niet vloeiend liep, op Xbox One. Hier en daar zakte de framerate behoorlijk in en leek er meermaals sprake van lag. Het was hinderlijk, maar te verwachten tijdens een eerste bèta/stresstest. De ontwikkelaar heeft nog vier maanden om dit te fixen en als dat lukt kunnen ze een toffe game afleveren, qua co-op in ieder geval. Ik ben in ieder geval erg benieuwd naar het eindproduct en hoop jullie meer te kunnen vertellen in de echte review.