Eerste intercontinentale 100 Gbps-verbinding gerealiseerd tijdens TNC2013

Zes vooraanstaande onderwijs- en onderzoeksnetwerken hebben deze week tijdens de TERENA Networking Conference 2013 (TNC2013) in Maastricht samen met twee commerciële partners voor de eerste keer een demonstratie gegeven van een trans-Atlantische verbinding tussen Noord-Amerika en Europa ten behoeve van onderzoek en onderwijs met een snelheid van 100 gigabits (ofwel een miljard bits) per seconde. Deze demonstratie is een goed voorbeeld van opkomende technologieën en applicaties in de wetenschap, het onderzoek en het onderwijs.

Deze 100 Gbps-link, beter bekend als de Advanced North Atlantic 100G Pilot Project (ANA-100G), wordt gebruikt voor het opzetten en uittesten van de nieuwe verbinding, de bijbehorende applicaties, resources, monitoringtechnieken en geavanceerde technologieën (zoals software-defined networking). Het testen gebeurt tussen maar liefst vier open exchange points, waaronder MAN LAN in New York en NetherLight in Amsterdam, en duurt minimaal twaalf maanden. Met deze tests kunnen de operationele vereisten worden vastgesteld die nodig zijn voor een effectieve uitwisseling tussen Noord-Amerika en Europa op golflengtes van 100 Gbps, zodat tegemoet wordt gekomen aan de groeiende vraag vanuit gespecialiseerde onderzoeksorganisaties. 

“Deze prestatie maakt duidelijk dat de onderwijs- en onderzoeksnetwerken voorop lopen in innovatie en is een steun in de rug van geavanceerd onderzoek bij universiteiten en onderzoeksinstellingen wereldwijd,” aldus Erwin Bleumink, algemeen directeur van SURFnet – de Nederlandse organisator van TNC2013. “Deze ontwikkeling heeft ook effect buiten de academische wereld en kan een stimulans betekenen voor de Nederlandse economie.“

Pilot
De onderwijs- en onderzoeksnetwerken die aan het project deelnemen, zijn Internet2, NORDUnet, ESnet, SURFnet, CANARIE and GEANT. De ANA-100G Pilot wordt ook ondersteund door Ciena (NASDAQ: CIEN). Ciena levert de fotonische apparatuur, zoals de recent op de markt gebrachte onderzeese versie van de 100 Gbps WaveLogic 3-transponder. Bij een aantal in het oog springende demonstraties wordt apparatuur gebruikt die in bruikleen is gegeven door Juniper. Het voornemen om deze pilot op te starten werd bekendgemaakt tijdens de onlangs gehouden Internet2 Annual Meeting.

Tijdens de demonstratie van de nieuwe intercontinentale 100 Gbps-verbinding wordt binnen een paar minuten ‘big data’ uitgewisseld tussen Maastricht en Chicago. Over het openbare internet duurt dat een paar uur. Verder vindt er een demonstratie plaats van ‘First European ExoGENI at work’ tussen de Universiteit van Amsterdam en het Renaissance Computing Institute in North Carolina en gaat men in op de vraag “Hoeveel moderne servers passen er in een transatlantisch circuit van 100Gbps?” 

Geavanceerde technologie
ExoGENI is een proeftuin voor netwerk- en cloud computing-technologie en wordt gefinancierd via het Global Environment for Network Innovation (GENI)-project van de National Science Foundation ten behoeve van de ontwikkeling en inzet van geïntegreerde netwerkpilots. Verder zijn er demonstraties van multipath-routing voor netwerkgegevens, de software-defined netwerktechnologie OpenFlow en andere, geavanceerde technologische toepassingen. Tijdens de demonstratie ‘How many modern servers can fill a 100 Gbps Transatlantic Circuit?’ laten deskundigen zien dat met de juiste afstelling en apparatuur er op elk continent maar twee hosts nodig zijn om gegevens uit te wisselen met een snelheid van bijna 80 Gbps. De nieuwe ‘iperf3’ throughput beta measurement-apparatuur van ESnet verenigt de beste eigenschappen van tools als iperf, nuttcp en netperf in zich. 

Deeltjesversneller CERN
De eerste trans-Atlantische 100 Gbps-link voor onderzoek en onderwijs kan voor een versnelling zorgen van revolutionaire projecten zoals de deeltjesversneller van CERN in Zwitserland, de ITER-fusiereactor in Frankrijk en vergelijkbare internationale projecten. Deze supersnelle intercontinentale verbinding laat twee trends zien: de wetenschap wordt steeds meer ‘datagedreven’, waarbij datasets worden gebruikt afkomstig van grootschalige experimenten op tera-schaalniveau, en experimenten worden steeds vaker uitgevoerd door internationale samenwerkingsverbanden, waarbij onderzoekers wereldwijd snel toegang willen tot die datasets. 

De lancering van deze ‘hogesnelheidslijn’ over de Atlantische Oceaan laat tevens zien dat de nauwe samenwerking tussen onderwijs- en onderzoeksnetwerken en het bedrijfsleven zich blijft ontwikkelen, waarbij innovatieve netwerktechnologie wordt ingezet om wereldwijd baanbrekend onderzoek en ontdekkingen mogelijk te maken.